Tradities verbinden – door Kees Wesdorp
Hemelhoog is de opvolger geworden van de Evangelische Liedbundel uit 1999 (ELB). Net zoals de laatste bundel zestien jaar als aanvulling op het Liedboek voor de kerken van 1973 heeft gediend, zo is Hemelhoog bedoeld als aanvulling op het recente ver-schenen Liedboek: Zingen en bidden in huis en kerk van 2013 (Z&B). De samenstellers vertellen dat Hemelhoog overigens ook als een zelfstandige liedbundel gebruikt kan worden. Liederen genoeg: er zijn 230 nummers meer opgenomen dan in de ELB en 100 meer dan in het Liedboek voor de kerken 1973. Voor de uitgave is de Confessionele Vereniging aangeschoven bij het Evangelisch Werkverband en het Confessioneel Gereformeerd Beraad, de initiatiefnemers van ELB. Ik zou zeggen: laat bij een volgende uitgave ook de Gereformeerde Bond aanschuiven, die eveneens in 2015 een revisie van haar eigen bundel Op toonhoogte heeft uitgegeven waarin het nodige zal overeenkomen met Hemelhoog. In dat geval wordt ook de eenheid van de kerk gediend! Hemelhoog, heeft veel liederen uit de Opwekkingsbundel overgenomen.
Daarmee toont ze in ieder geval dat ze met name ook jongeren op het oog heeft. Zonder tekort te willen doen aan Opwekking ben ik blij dat daarnaast ook veel andere liederen zijn opgenomen. Men wil zo tradities en generaties verbinden en een stem geven aan meerdere muzikale genres. Wie met kerkbundels is opgegroeid, zal in Hemelhoog veel bekends terugvinden en wie met andere bundels vertrouwd is (geweest), kan hierin ook iets van zijn gading vinden. De opbouw loopt ongeveer parallel aan die van het Liedboek Z&B, dat echter meer liturgisch georiënteerde rubrieken heeft. Hemelhoog begint met een aantal psalm-bewerkingen en daarna volgt een heel aantal Bijbelliederen. Vervolgens komen de tijden van het kerkelijk jaar aan bod en thema’s die een christen na aan het hart liggen, zoals liederen van genade, bekering, verootmoediging, belijdenis en geestelijke strijd. Veel kostbare liederen met diepte en Christusbelijdenis hebben er een plek gekregen. Dat vind ik de waarde van deze bundel: het behoud van Christusbelijdende liederen.
Het sterke echter van het kerkelijk Liedboek Z&B is de complete bundel met Bijbelse psalmen in de nieuwe berijming van 1968, waaraan nog andere versies zijn toegevoegd. Een kostbare schat, al kent deze berijming ook zijn beperkingen, want niet alle psalmen in de traditionele Geneefse melodieën zijn nog bekend en een aantal teksten wordt moeilijk gevonden. Maar het Bijbelse Liedboek is daar wel compleet! Berijmde psalmen zijn ook als gedichten te lezen. Psalmen zijn de geïnspireerde liederen, waar alles in staat wat een gelovig mens kan ervaren in de verhouding tot zijn God. Dat alleen al maakt het waard om alle psalmen in een bundel op te nemen.
Hemelhoog heeft daarentegen ‘slechts’ 53 nummers met psalmbewerkingen. Hoewel het er 14 meer zijn dan in de ELB, zegt mijn gevoel: het had nog wel een onsje meer mogen zijn. Eigenlijk had men er een psalmenproject van moeten maken om zoveel mogelijk zingbare psalmen te verzamelen, liefst met bewerkingen van alle 150 psalmen. Uit allerlei tradities had men berijmingen kunnen nemen. Met een zo mogelijk volledig psalter zou Hemelhoog echt een alternatief kunnen zijn voor elk ander liedboek. Ik merk verder op dat een aantal psalmbewerkingen die in de ELB stonden, in haar opvolger geen plaats gevonden hebben. Een aantal gouden teksten uit de Psalmberijming 1773 had toch wel een plaatsje kunnen krijgen, maar zelfs Psalm 146, dat nog volledig in de Evangelische Liedbundel stond (op de Johan-de-Heer-wijs), staat niet meer in Hemelhoog. Een paar Psalmen van Nu hebben wel een plek gekregen, waarvan de bewerkingen naar Psalm 13 en 53 heel goed te zingen zijn, beter dan de berijmde versies. Maar niet alle Psalmen voor Nu zijn voor een groep mensen goed zingbaar. Ook melodieën van andere psalmbewerkingen zijn misschien vlot van toon, maar of ze bruikbaar zijn in een gemeente zonder een club voorzangers of zonder ritmische instrumenten, vind ik een vraag. Als het voor samenzang te moeilijk wordt, zal een voorganger in een min of meer traditionele gemeente zulke liederen gauw laten liggen.
Indien Hemelhoog als een aanvulling op een liedboek als Z&B is bedoeld, zie ik niet in waarom een aantal liederen toch in beide bundels voorkomen. Doublures zijn er bijvoorbeeld in de Bijbelliederen: ‘Jozef zoekt zijn grote broers’ en ‘Naäman woon-de in het land naast Israël.’ Overigens is een mooi traditioneel lied naar Jesaja 35 als ‘De dorre vlakte der woestijnen’ juist weer uit Hemelhoog weggelaten. Zulke liederen hadden mogen blijven, al zou je sommige ouderwetse zinnen moeten her-formuleren. Jongeren zijn echt niet te oppervlakkig om de diepte van zulke liederen te leren inzien.
Zelf zie ik mij als reiziger door de tijd die, als het om geloofsliederen gaat, ruggelings naar de toekomst gaat. Dat wil zeg-gen: ik hecht vooral aan liederen en teksten die hun waarde bewezen hebben omdat zij in de geschiedenis reeds veel betekend hebben. Nieuwe liederen wijs ik niet af, maar het duurt een tijd voordat die het gemoed aanspreken. Doch het mag gezegd, mede vanwege het groter aantal bijbelliederen dan in Z&B, is Hemelhoog zeker een rijke aanvulling. Een mooie en geliefde melodie die in ELB niet was opgenomen, die van het lied ‘Door de wereld gaat een woord’ (tekst in de ELB met een melodie van W. ter Burg), is met een andere tekst nu in Hemelhoog wel teruggekomen: ‘Gebed voor Israël, Door de eeuwen zwierf een volk’ van Filip Leenman (nr. 262). Maar nu staat weer de tekst van ‘Door de wereld gaat een woord’ niet meer in Hemelhoog! Ik vind dit winst en verlies. Want de tekst van ‘Door de wereld’ is ook geliefd geworden. Als die met de melodie van Ter Burg opgenomen was in Hemelhoog, had bij de melodie een verwijzing naar 262 gemaakt kunnen worden, en zou er een dubbele winst behaald zijn. Met 14 liederen heeft ook Israël een meer prominente plaats in Hemelhoog gekregen, met ondermeer de mooie melodie van ‘Yerushalaim shel zahav’ (nr. 266). Dat is een grote winst tegenover andere bundels. Dit getuigt tenminste van blijvende verbondenheid met Israël.
Tussen ‘sterke’ liederen staan ‘zwakkere’, daar is geen ontkomen aan als je nieuwe liederen opneemt. Ik vraag mij af of bij-voorbeeld een lied als 284, ‘Sorry zeggen,’ een volgende bundel zal halen. Immers, zijn jongeren gediend met een goedkoop ‘sorry zeggen’ en zo de vrede te bewaren? En stemt dit overeen met de bijbelse gezindheid?
Tenslotte vind ik het een beetje jammer dat de redactie de niet zo geweldige vertaling van het lied ‘De kracht van uw liefde’ (629) ongemoeid heeft gelaten. Wie namelijk ‘zweeft’, moet toezien dat hij niet naar beneden stort. Het lied is ook opgenomen in Z&B (891) en daar sluit de nieuwe vertaling veel nauwer aan bij de oorspronkelijke Engelse tekst en is het beeld dichter bij de Bijbel gebleven dan in de evangelische vertaling. Met een heel klei-ne omzetting in het refrein was het lied een stuk sterker geworden: ‘U draagt mij op de wind, en voert mij door uw Geest en de kracht van uw liefde.’ Dan hoef je jezelf niet op te houden maar heb je zekerheid in God, die je draagt en je niet laat vallen. Liedbundels zijn kwetsbaar. Er zijn altijd genoeg schijven om op te schieten en dat is in de de kerkgeschiedenis ook dikwijls gebeurd. Ik heb hier nu een beetje aan meegedaan. Als ik echter tot slot de balans opmaak, moet gezegd dat met de bundel Hemelhoog een prestatie van formaat geleverd is en dat kerken en gemeentes dank-baar gebruik mogen maken van een liederenschat, die evenwichtig de geloofsmomenten bezingt, de bevrijding en de worsteling, de vreugde en het verdriet, en alles tot lofprijzing van God, die alle hoog-gestemde woorden te boven gaat.
Kees Wesdorp (predikant in Zoetermeer)